Bart raakte toen hij vijftien was betrokken in een zwaar verkeersongeval. Hij lag vijf weken in coma en onderging een schedelboring en –lichting.
“Tempo”
Na het ziekenhuis ben ik in verschillende revalidatiecentra geweest. Van het ene centrum was ik meer tevreden dan van het andere. In het ene centrum hadden we soms niet meer dan een uur training per dag, terwijl we in het andere centrum op allerlei vlakken moesten oefenen. Dat eerste vond ik soms tijdverlies. Daarna ging ik opnieuw naar mijn oude school, maar dat viel tegen. Ik kon het tempo van een gewone school niet meer aan. Dat ging allemaal veel te snel voor mij. Daarom kwam ik naar het OTL: daar krijg ik begeleiding op mijn eigen tempo. Ik bereid me voor op examens via de middenjury. Ik krijg er ook op andere vlakken ondersteuning: een psycholoog om mee te praten, die ook mijn hoofd masseert.
“Afhaken”
In het begin, als je nog in het ziekenhuis ligt, zijn al je vrienden er vaak. Het was dan echt bijna een massaverschijning van alle mensen die ik ken. Maar na dat eerste half jaar vallen er heel veel weg. Er zijn maar een paar echte vrienden overgebleven. Dat zijn goede vrienden die ik al ken sinds mijn veertiende. Die zie ik echt graag. We gaan regelmatig samen iets drinken. Het zijn mensen waar je echt op kunt bouwen. Ik heb ook veel goede kennissen waar ik goed mee kan opschieten, maar dat is toch iets anders.
Op een bepaald moment maak je de overgang van de compassie naar het echte leven. In het begin had iedereen compassie met mij. Maar na een tijd ga je opnieuw naar de realiteit van het dagdagelijkse leven. Dan haken veel mensen af. Dan krijg je soms stomme reacties.
“Verrassend”
Je krijgt soms rare dingen te horen van mensen. Als je uitgaat, zijn er altijd mensen die vervelend beginnen te doen als ze je zien. Ze zeggen dan dingen als: ‘Pas maar op dat je niet nog een accident krijgt!’ Tot mijn verrassing was er toen iemand van mijn oude school die mij onmiddellijk verdedigde. Dat had ik echt niet verwacht, maar het deed wel plezier. Ik ken heel veel mensen en ik leg ook gemakkelijk nieuwe contacten, maar ik ben bang om te zeggen dat het echte vrienden zijn. Dat weet je toch nooit zeker. Er zijn er wel enkelen waar ik zeker van ben, maar de rest… Het kan altijd tegenvallen. Maar dat belet me niet om toch te blijven contacten leggen. No pain, no gain. Ik trek het me niet aan als het tegenvalt.
“Direct”
Mijn humeur is wel veranderd door mijn ongeval. Ik ben veel opener geworden dan vroeger. Over mijn gevoelens, over mijn gedachten. Als het mij tegenzit, zeg ik dat meteen. Vroeger kon ik denk ik ook langer kwaad zijn. Nu word ik nog wel kwaad, maar het duurt nooit meer zo lang. En vroeger kon ik mijn broer van alles commanderen, en dat gaat nu ook niet meer. Hij is jonger dan ik en hij deed vroeger wat ik vroeg. Mijn broer en ik komen goed overeen.
“Geen sport”
Vroeger deed ik niet aan sport en nu nog steeds niet. Ik hou wel van kaarten met mijn bompa of mijn broer. Ik ga ook veel uit. Het fijne van het OTL is dat de vakanties daar dezelfde zijn als die van andere scholen, zodat je je kameraden kunt zien in de vakantie.
“Toekomst”
Ik wil wel verder studeren. Vroeger deed ik ASO, nu TSO. Van Economie ben ik overgestapt naar handel. Ik weet nog niet wat ik precies wil studeren of waar ik graag wil werken. Natuurlijk wil ik wel graag rijk worden 😉
“Slachtoffer”
De jongen die aan het stuur zat, had veel te veel gedronken en reed veel te hard en was in slaap gevallen. Hij is ervan afgekomen met een boete van 1000 euro en twee weken rijverbod. Hij is me nooit komen opzoeken om bijvoorbeeld te zeggen dat het hem speet, en dat vind ik wel erg. Ik heb nog geen idee hoeveel geld ik zal krijgen van het fonds voor schadevergoedingen. Ik vind het niet eerlijk dat hij er zo makkelijk van af komt, dat is niet goed geregeld.
“Steun”
Als ik het moeilijk heb, zijn er altijd mijn ouders. Ik heb een goeie pa en ma. En mijn vrienden, de echte dan. En ik luister dan ook graag naar muziek, hiphop of rap, bijvoorbeeld van Tupac. Dat helpt dan ook.
“Kostprijs”
Er zijn nog te veel mensen die drinken en dan toch autorijden. Daarom zou het goed zijn dat alle ouders hun kinderen zelf brengen en ophalen als ze uitgaan. Dan pas zijn ze zeker dat ze veilig thuiskomen. Desnoods laten ze hen met de taxi komen. Dat kost wel wat geld, maar die kostprijs weegt toch niet op tegen wat er zou kunnen gebeuren. Veilig autorijden is voor mij heel belangrijk